Complexe situaties hanteerbaar maken

Je leert hoe je complexe situaties hanteerbaar kunt maken. Daar zet je systematisch je onbewuste voor aan het werk. Je schakelt zowel je analytisch als je beeldend vermogen in. Praktische tools helpen je na de opleiding verder.

Dit onderdeel van Doelgericht zwerven is ook los te volgen. Je focust je op één van jouw verlangens over het vormgeven van je leven en werk. Met Diepgaand leren hebben deelnemers succesvol de volgende thema’s opgepakt: een nieuwe functie invullen, meer rust in mijn hoofd, genieten van werk én privé, verwerven van nieuwe klanten, meer orde in mijn werk brengen. 

Volgens wetenschappers kun je met behulp van je onbewuste dergelijke complexe vraagstukken goed oplossen. Met Diepgaand leren leer je hoe je jouw verlangens in je onbewuste kunt leggen en hoe je het onbewuste aan het werk kunt zetten. Het moeilijkste is om vervolgens je onbewuste aan het woord te laten en uit te luisteren wat goed voor jou is. 

Je schakelt zowel je linker hersenhelft (logica, analytisch vermogen) als je rechterhersenhelft (intuïtie, beelden, gevoelens) in. Met het KPP-boekje en andere praktische hulpmiddelen kun je na deze opleiding jouw Diepgaand leren voortzetten.

Het programma omvat naar keuze één of twee dagen en verbindt uitersten: methodisch en avontuurlijk, diepgaand en ontspannen, wetenschappelijke inzichten en wandelend ervaring opdoen in de natuur.

Interesse?

Graag bespreken we jouw wensen. Vraag via dit formulier een artikel over Diepgaand leren aan of een vrijblijvend kennismakingsgesprek.

Diepgaand leren: een voorbeeld van een individuele toepassing

In de organisatie van Hanneke staat het thema ‘duurzame inzetbaarheid’ hoog op de agenda. Ze is kostwinner voor haar gezin en neemt op haar werk deel aan verschillende programma’s. Daarnaast wil ze ook in haar privé-situatie aan de slag met inzetbaarheid. Haar proces Diepgaand leren beschrijft Hanneke als volgt.

Verlangen

  • Algemeen: Mijn verdiencapaciteit en mijn inzetbaarheid in mijn werk stel ik veilig voor de komende jaren.
  • Concreet is mijn doel op de korte termijn voor mij privé: Ik wil fit zijn. Dat betekent voldoende slapen en genoeg bewegen.

Voeden

  • Op internet staan normen voor bewegen: drie tot vijf uur per week actief bewegen. Ik houd van wandelen en dat doe ik al. Verder heb ik nieuwe dingen uitgeprobeerd zoals yoga en pilates.
  • Over hoeveel uren slapen een mens nodig heeft, lopen de meningen sterk uiteen. Ik heb het advies van een verzekeraar gevolgd: een aantal dagen bijtijds naar bed en afwachten hoe laat ik wakker word zonder wekker. Voor mij komt dit uit op 7,5 uur per nacht. 

Ervaren

Op mijn nachtkastje ligt een registratiekaartje. Aan het eind van de dag vul ik dat in. Ik noteer hoe lang ik actief heb bewogen en geef een cijfer voor mijn gevoel van fitheid. ’s Ochtends noteer ik het aantal slaapuren.

Bewustzijn ontwikkelen

Zo nu en dan bekijk ik de scores. Gaandeweg ben ik gemiddeld per week meer gaan bewegen (een ‘onbewust’ element in mijn ontwikkelproces). Ik geniet van de wandelingen, maar Pilates doe ik alleen omdat ik er echt fysiek sterker van wordt. Per saldo beweeg ik na enkele weken voldoende. Een aandachtspunt zijn de dagen waarop ik opleidingen geef. Ik mis dan mijn lunchwandeling en beweeg te weinig.

Praktisch handelen

Omdat ik me daadwerkelijk fitter voel, handhaaf ik met plezier mijn nieuwe bewegingspatroon. Als extra opbrengsten van Diepgaand leren heb ik mijn computer ingesteld op een printer die een paar kamers verder staat en haal ik koffie op een andere verdieping (goed voor de contacten). Zo heb ik op kantoor meer natuurlijke beweging.

Diepgaand leren: een voorbeeld van een bedrijf

W. Gallwey beschrijft in zijn boek 'The Inner Game of Work' een mooi voorbeeld van Diepgaand leren.

Een grote tandartspraktijk heeft klanttevredenheid hoog in het vaandel staan en wil iets doen aan de klachten over lange wachttijden (verlangen). Alle medewerkers worden er bij betrokken en ieder wil zich hiervoor inzetten. Er wordt uitgezocht wat een acceptabele wachttijd is voor klanten (voeden). Een wachttijd van twintig minuten is het maximum. Er wordt afgesproken dat alle medewerkers aan het eind van de dag een schatting maken van het aantal klanten dat langer dan twintig minuten heeft moeten wachten (ervaren). Deze schatting leggen ze vast.

Medewerkers krijgen oog voor klanten die te lang moeten wachten. Ze ontwikkelen een gevoel van de omstandigheden waaronder de wachttijden oplopen (bewustzijn ontwikkelen). Ze bedenken manieren om dan lange wachttijden te voorkomen en op te lossen (praktisch handelen).

Na verloop van tijd waren de klachten van klanten over de wachttijden vrijwel tot nul teruggebracht. Er waren geen projectplannen, procedureboeken en dergelijke aan te pas gekomen.